De geschiedenis

Op een oud omhaagd kerkhof in het centrum van Beek ligt het prachtige Bartholomeuskerkje. In een oorkonde uit 1286 wordt het kerkje voor het eerst genoemd. In dat jaar zou het zijn gesticht als kapel, behorend bij het klooster van Zyfflich, een dorpje net over de Duitse grens.
De oorkonde vermeldt ook dat een priester die van elders kwam, er viermaal per jaar een mis zou opdragen. Archeologische vondsten wijzen op een hogere ouderdom. De onderste fundering bestaat uit mergelsteen die vermoedelijk afkomstig is van een Romeinse tempel of ander bouwwerk uit Romeinse tijden.

 

In der minne geschikt

In een oorkonde van 1388 worden Arnolt Bonart en Johann van Drummen genoemd als rector van de kerk of kapel te Beke. In 1536 gaat het kapittel van Zyfflich over naar het naburige stadje Kranenburg. De kapel wordt een zelfstandige parochiekerk, opgedragen aan de heilige Bartholomeus. Aan het einde van de zestiende eeuw trekt de reformatie over Nederland.

De ene na de andere katholieke kerk wordt door protestanten gewapenderhand in bezit genomen. Het Bartholomeuskerkje ondergaat dat lot in 1592. De laatste pastoor, Theodorus Dribbel, ontvlucht het dorp en wordt uit zijn ambt ontheven. De overwegend katholieke bevolking van Beek moet voor de eucharistieviering en de sacramenten uitwijken naar Wyler en Nijmegen. Vanaf 1602 wordt de kerk formeel bestemd voor de protestante erediensten, al neemt men aan dat de eerste diensten niet voor 1620 gehouden zijn. Met de komst van de Fransen in 1672 keert het tij ten gunst van de katholieken. Zij krijgen hun vrijheden terug.

De Bartholomeuskerk van Beek-Ubbergen blijft voor hen echter gesloten. Beek en Ubbergen worden in 1745 samengevoegd. Aan het einde van de achttiende eeuw doen de katholieken verwoede pogingen het kerkje dat in 1782 is gerestaureerd en uitgebreid met een kosterswoning, weer in handen te krijgen. Ze hebben dan inmiddels weer een eigen pastoor: Jacobus Sieben, afkomstig uit het Duitse Kalkar. En ze kunnen rekenen op steun van het bisdom Roermond. De protestantse overheid ligt dwars.

De zaak dreigt te escaleren wanneer katholieken met geweld de toegang tot het kerkje forceren. Uiteindelijk wordt de kwestie in der minne geschikt en tijdens een vergadering van Schout en Schepenen van Nijmegen wordt op 12 maart 1796 besloten tot ‘simultaan gebruik van de kerk’. 

Elke morgen, zowel op zondag als door de week, is de kerk van de katholieken. De protestanten krijgen de zondagmiddag voor hún kerkdienst. Het altaar verdwijnt dan even achter een zwaar gordijn. Daarmee is de rust allerminst weergekeerd. Nog regelmatig vliegen protestanten en katholieken elkaar in de haren.

Koninklijk besluit

In die tijd neemt het aantal katholieken in Beek-Ubbergen toe tot 700. Maar verzoeken om de bouw van een nieuwe kerk worden niet gehonoreerd, tot 10 oktober 1825. De parochie krijgt bij Koninklijk Besluit een gift van 6.000 gulden om een nieuwe kerk te bouwen.

Die nieuwe kerk, nu bekend als de Grote Barthlomeuskerk wordt op 10 december 1833 (50 jaar priesterschap van pastoor Jacobus Sieben) plechtig ingewijd. Op 14 april 1826 verleent Koning Willem I, eveneens bij Koninklijk Besluit, een subsidie van 1.800 gulden voor het noodzakelijke herstel van het eeuwenoude kerkje, dat nog in hetzelfde jaar gereed komt. Na de restauratie komt het kerkje weer volledig in protestantse handen.

Zwaar beschadigd

Aan het begin van de twintigste eeuw wordt de toren onder leiding van de Nijmeegse architect Ludwig gerestaureerd. Vervolgens wordt de rest van het gebouw gerestaureerd, ontpleisterd en van nieuwe vensters voorzien. De kosterswoning wordt afgebroken. Getuige een gedenksteen in de muur wordt aansluitend het koepelvormige koor aangebouwd (1906).

In 1909 is de restauratie voltooid. Op 20 september 1944, drie dagen na de geallieerde luchtlanding bij Arnhem raakt het kerkje bij beschietingen zwaar beschadigd. Pas vijf jaar later vinden herstelwerkzaamheden plaats. Die moeten de toestand van voor 1450 terugbrengen. Op 4 april 1950 wordt de kerk in gebruik genomen voor de Protestante eredienst en de S.O.W.

Tegenwoordig geeft het kerkje aan de “Samen Op Weg” protestanten van Ooy-Millingen, Beek-Ubbergen, Berg en Dal en Nijmegen onderdak. De restauratie van begin twintigste eeuw is slecht uitgevoerd. Door ernstige bouwkundige fouten begon het kerkje ernstig in verval te raken. De muren vertoonden grote scheuren. Het kerkje zelf en ook de toren, stonden op instorten.